
omschrijving borderline
Wat is borderline?
Borderline persoonlijkheidsstoornis, in de volksmond ook wel borderline genoemd is een psychische aandoening waarbij de patiënt veel te maken heeft met angst, depressiviteit, in de war zijn, suïcidaliteit en zelfmutilatie. De DSM-V (Association, 2013) beschrijft borderline als volgt: Het is een patroon van doordringende instabiliteit in interpersoonlijke relaties en zelfbeeld, het beïnvloedt en markeert impulsiviteit en begint meestal rond het 18e en het 25e levensjaar, ook wel jongvolwassenheid genoemd. Er worden negen kenmerken van borderline genoemd in de DSM-V en er kan gesproken worden van borderline als er vijf (of meer) van deze kenmerken aanwezig zijn.
Oorzaken
Over specifieke oorzaken van borderline is nog maar weinig bekend. Er zijn nog geen harde bewijzen gevonden als oorzaken voor borderline, maar er zijn wel een aantal risicofactoren bekend en deze zijn onder te verdelen in de volgende subcategorieën: geslacht en leeftijd, individuele kwetsbaarheid, omgeving, levensgebeurtenissen.
Geslacht en leeftijd
Borderline komt even vaak voor bij mannen en vrouwen, wel is het zo dat vrouwen vaker opgenomen worden in een instelling. Dit kan twee redenen hebben: vrouwen zoeken eerder professionele hulp bij hun problemen of agressie en wisselende seksuele contacten worden door vrouwen sneller als een probleem gezien. Het is heel lastig om borderline vast te stellen bij jongeren rond het achttiende tot twintigste levensjaar. Dit komt omdat jongeren van deze leeftijd door hun ontwikkeling vaker met emotionele problemen te maken hebben en de uiting hiervan kan als borderline worden gezien. Tot slot komt borderline minder vaak voor bij mensen die ouder zijn dan vijftig jaar.
Individuele kwetsbaarheid
Erfelijkheid speelt een grote rol bij borderline. Borderline zelf is niet erfelijk, maar veel kenmerken van gedrag kunnen erfelijk zijn, zoals impulsief gedrag en emotionele instabiliteit. Trauma’s spelen ook een grote rol in de ontwikkeling van borderline. Gebeurtenissen in de jeugd zoals mishandeling, seksueel misbruik en verwaarlozing kunnen de stresshormoonhuishouding ontregelen en dit heeft gevolgen voor de persoonlijkheidsontwikkeling.
Omgeving
Omgevingsfactoren zoals woonomstandigheden en opleiding hebben geen invloed op de ontwikkeling van borderline. Het hebben van weinig sociale contacten is wel een oorzaak die invloed kan hebben op de ontwikkeling van borderline.
Levensgebeurtenissen
Zoals al eerder genoemd hebben traumatische ervaringen zoals mishandeling, verwaarlozing, seksueel misbruik in de jeugd van iemand invloed op het ontwikkelen van borderline. Ongeveer de helft van mensen met borderline is in een periode van zijn/haar leven mishandeld of seksueel misbruikt. Wanneer emotionele mishandeling wordt meegeteld, dan ligt dit aantal nog hoger (oorzaken en risicofactoren borderline, 2015).
Verschijnselen
- Krampachtig proberen te voorkomen dat iemand je -feitelijk of vermeend- in de steek laat.
- Een patroon van instabiele en intense relaties, waarbij de ander heel erg wordt geïdealiseerd of juist gekleineerd.
- Identiteitsstoornis: duidelijk en aanhoudend instabiel zelfbeeld of zelfgevoel.
- Impulsiviteit op ten minste twee gebieden die je mogelijk kunnen schaden (bijvoorbeeld geld verkwisten, seks, misbruik van middelen, winkeldiefstal, roekeloos rijden, vreetbuien).
- Terugkerende suïcidale gedragingen, gestes of dreigingen, of automutilatie (zelfverwonding).
- Sterk wisselende stemmingen (bijvoorbeeld periodes van intense dysforie – het tegenovergestelde van euforie, prikkelbaarheid of angst meestal enkele uren durend en slechts zelden langer dan een paar dagen).
- Een chronisch gevoel van leegte.
- Inadequate, intense woede of moeite om je kwaadheid te beheersen (bijvoorbeeld regelmatig terugkerende driftbuien, aanhoudende woede of herhaaldelijke vechtpartijen)
- Voorbijgaande, aan stress gebonden paranoïde ideeën of ernstige dissociatieve verschijnselen (het idee buiten de werkelijkheid te staan) (Association, 2013).
Behandeling
Het behandelen van een borderline patiënt blijkt doorgaans een langdurige en moeilijke onderneming te zijn. Een aantal studies rapporteren over afgeronde ambulante psychotherapieën van patiënten met een borderline persoonlijkheidsstoornis, een gemiddelde duur van 4,5 jaar plus nog eens gemiddeld drie jaar in andere behandelingen voorafgaand aan de ambulante psychotherapie (J.J.L. Derksen, 1994).
Voor mensen met de diagnose Borderline zijn verschillende soorten therapieën ontwikkeld. Hieronder worden twee belangrijke therapieën verder toegelicht.
Dialectische Gedragstherapie (DGT)
De dialectische gedragstherapie of Linehan- therapie is een vorm van gedragstherapie, die zich specifiek richt op de behandeling van symptomen die horen bij ernstige persoonlijkheidsstoornissen, zoals zelfbeschadiging en suïcidaal gedrag. DGT heeft als doel het aanleren van verschillende vaardigheden om zo goed mogelijk op problemen te reageren en hier zo goed mogelijk mee om te gaan. Borderline patiënten leren zich zo bewust te worden van de manier waarop zij reageren, denken en voelen, en hier effectief op te reageren.
Uit Nederlands onderzoek, uitgevoerd door het Trimbos Instituut is DGT effectief gebleken als behandeling voor het verminderen van suïcidaal gedrag bij specifieke groepen patiënten met een borderline persoonlijkheidsstoornis. Uit onderzoek is gebleken dat er minder zelfverminkingen en suïcide pogingen zijn gepleegd, ook verlaten patiënten minder vroegtijdig de therapie (ccgt, 2015).
Schemagerichte therapie (SGT)
Jeffrey Young ontwikkelde samen met zijn collega’s de schemagerichte therapie. Deze therapie gaat ervan uit dat de manier hoe iemand informatie verwerkt een rol speelt in het ontstaan en voortduren van psychische problemen. Als informatie verkeerd geïnterpreteerd wordt dan kan dit leiden tot extreme emoties en probleemgedrag, dit zien we terug bij borderline patiënten. Misinterpretatie van informatie kan gebeuren doordat mensen als kind bepaalde ideeën hebben gekregen over zichzelf, andere mensen en gebeurtenissen waardoor er zogenoemde schema’s van denken zijn ontstaan. Deze kinderschema’s kunnen op volwassen leeftijd nog steeds bestaan, omdat ze bijvoorbeeld nooit gecorrigeerd zijn. Deze kinderschema’s kloppen niet meer met de huidige situatie en zijn dus heel disfunctioneel. Tijdens de therapie zal er aan de kinderschema’s gewerkt worden en zal er een vertaling komen van nieuwe functionele schema’s en strategieën naar het functioneren in het dagelijkse leven (schemagerichte therapie, 2015) (schemagerichte therapie bij BPS, 2015).
Behandeling met medicijnen (farmacotherapie)
Medicijnen kunnen behulpzaam zijn in de behandeling van mensen met een borderline persoonlijkheidsstoornis (BPS). De medicijnen kan de ernst van sommige verschijnselen verminderen. Maar er zijn echter geen medicatie die de stoornis kunnen genezen (medicatie bij de borderlinepersoonlijkheidsstoornis , 2015)
- Antipsychotica
Klassieke antipsychotica kan bij de borderlinepersoonlijkheidsstoornis behulpzaam zijn bij de behandeling van psychotische verschijnselen, zoals angstklachten. De gunstige effecten van antipsychotica zijn slechts van tijdelijke aard (van enkele weken tot enkele maanden). De beschreven effectiviteit van de klassieke antipsychotica lijkt in veel gevallen al met een relatief lage dosering te kunnen worden bereikt. Mede gezien door de potentiële bijwerkingen, zoals bewegingsstoornissen, verdient het de voorkeur de deur en de dosering van de behandeling met klassieke antipsychotica zo veel mogelijk te beperken (behandeling, 2015).
- Antidepressiva
Antidepressieve medicijnen kunnen bij de borderlinepersoonlijkheidsstoornis invloed hebben op de depressieve klachten, stemmingswisselingen, angst en impulsiviteit. Het kan enkele weken duren voordat het positieve effect van antidepressieve medicijnen merkbaar wordt. Bijwerkingen treden soms al snel op (medicatie bij de borderlinepersoonlijkheidsstoornis , 2015).
- Benzodiazepinen
Tot de groep van benzodiazepinen behoren kalmeringstabletten en slaaptabletten. Deze medicijnen worden niet zo vaak gebruikt bij de behandeling van BPS, omdat ze soms een averechts effect hebben. Wanneer de benzodiazepinen langdurig worden gebruikt, raakt de patiënt hieraan verslaafd. Op momenten van crisis worden deze medicijnen kortdurend voorgeschreven, met de bedoeling ze weer tijdig te stoppen (medicatie bij de borderlinepersoonlijkheidsstoornis , 2015).
Medische prognose
Hoewel een borderline persoonlijkheidsstoornis moeilijk te behandelen is, is de prognose bij behandeling beter dan zonder behandeling. Als mensen met een borderline persoonlijkheidsstoornis de middelbare leeftijd naderen, worden de symptomen meestal minder ernstig. Zij leren de maatschappij en hun familie te accepteren en krijgen plezier in hun dagelijkse bezigheden of werk. Voor het herstel is de steun van vrienden en familieleden van groot belang.
Cijfers
In Nederland hebben 150.000 tot 250.000 mensen een borderline stoornis. De diagnose wordt drie tot viermaal vaker gesteld bij vrouwen dan bij mannen. Bij mannen wordt de stoornis minder snel herkend, doordat ze vaak door agressie, geweld en verslavingen, eerder met de politie en de verslavingszorg in aanraking komen. Vrouwen komen vaker bij de geestelijke gezondheidszorg terecht, als gevolg van zelf-verwondend gedrag en eetstoornissen. Bij veel mensen met borderline nemen de verschijnselen na hun dertigste of veertigste jaar geleidelijk af.
Behandelde cliënten
Het blijkt dat na verloop van tijd een aanzienlijk percentage van de patiënten de diagnose verliest. Na drie jaar heeft nog ongeveer 60% borderline en na vijftien jaar 25 %.
Het meest voorkomende patroon is er één van chronische instabiliteit tussen de leeftijd van 20 en 30 jaar, die langzaam vermindert.
- Vanaf 30-jarige leeftijd zullen bij de meerderheid van de personen met borderline de persoonlijke relaties stabiliseren en het algemene functioneren verbeteren. Ook het risico op zelfdoding neemt af naarmate men ouder wordt.
- Uiteindelijk overlijdt een op de tien mensen met borderline door zelfdoding.
Het feit dat iemand niet meer aan de criteria voor borderline voldoet betekent zeker niet dat de problemen zijn verdwenen. Andere kenmerken blijven vaak wel bestaan.
Factoren die het verloop bepalen
De belangrijkste factor in het natuurlijke verloop van borderline is de leeftijd. Over het algemeen stabiliseren personen met borderline op latere leeftijd, met of zonder gerichte therapie. Het herstel van mensen met borderline neemt waarschijnlijk toe met de duur van een gerichte therapie en het aantal therapeutische zittingen.
- Van de behandelde mensen met borderline herstelt een kwart na vijf maanden, en de helft na zestien maanden (of 92 therapeutische sessies). Driekwart is hersteld na ruim twee jaar (of ongeveer 216 therapeutische sessies).
- Bij mensen die geen gerichte therapie ontvingen (maar meestal wel een of andere vorm van behandeling) was slechts een kwart hersteld na 3,7 jaar. De helft herstelde na ruim tien jaar en driekwart herstelde na 17,3 jaar.
Maak jouw eigen website met JouwWeb